3 is a magic number!

Eén van de meest gestelde vragen die ik krijg: hoeveel kledingstukken heb je nodig in je kast? Mijn reactie: 3 is a magic number, óók in je kledingkast. Ik leg je hieronder uit hoe dat zit.

Deel je lijf in vieren, ik schreef er al eerder over in dit blog. Vier delen, je hoofd is deel één, je bovenlijf is deel twee, je onderlijf is deel drie, en je voeten zijn deel vier. Om je stijl te bepalen kun je voor ieder van deze lichaamsdelen een kledingstuk toevoegen en vervolgens deze kledingstukken beschrijven met woorden die je stijl weergeven. Dat doe je op de volgende manier: denk bij de beschrijving van je kleding aan woorden die je meteen binnenvallen, dat kunnen woorden zijn als casual, zakelijk, modern, vrolijk, elegant etc. En of dat nu zakelijk is of modern is, dat maakt niks uit. Zolang jij daar de eerste associatie mee hebt, zolang jij dan meteen weet wat jij bedoelt, dáár gaat het om. En kijk ook eens naar de kleur, pasvorm en materiaalkeuze van je kledingstukken. Heb je nu bij elk kledingstuk een paar woorden opgeschreven? Die woorden samen omschrijven dan je stijl.

Om daarna te gaan experimenteren met je stijl, kun je drie kledingstukken laten zoals deze zijn in je stijl en daar een kledingstuk aan toevoegen dat buiten je kledingstijl ligt. De verhouding is dan 3:1. Dus het zwaartepunt ligt dan bij drie stuks binnen je stijl. En een stuk buiten je stijl. Oftewel, daar heb je het: 3 is je basis. Drie kledingstukken zijn genoeg om het gevoel te hebben dat je je hebt aangekleed binnen de stijl waar jij blij van wordt.

Disclaimer:

En ja, natuurlijk kun je niet elke dag hetzelfde aandoen, je hebt iets meer kleding nodig om af te wisselen voor de verschillende rollen die je hebt in je leven. En wat als je kleding in de was gaat? Maar goed, feitelijk heb je aan drie kledingstukken een basis voor je stijl. En als je dat inziet, dan kan dat voor heel veel rust zorgen bij de vraag: hoeveel kleding heb ik nou echt nodig in mijn kast. Wil je meer tips? Je weet me te vinden.